Page 102 - Urban Jungle mode d'emploi_NL _HD

WAARSCHUWING
Trek aan de remhendel van de achterrem en stop met trappen. De pedelec zal stoppen. Noodstop! Voor een zo kort mogelijke remweg remt u met beide remmen zodanig dat de pedelec geleidelijk afremt (zie hoofdstuk "Remmen").
Houd er rekening mee dat de remmen van uw URBAN JUNGLE-pedelec altijd effectiever zijn dan de aandrijving. Als u problemen ondervindt met uw aandrijving (bijv. omdat deze u naar voren duwt voor een bocht), rem uw URBAN JUNGLE-pedelec dan voorzichtig af.
RIJDEN MET MOTORONDERSTEUNING
Het systeem wordt in- en uitgeschakeld met de knoppen van het bedieningselement op de batterij of op het stuur. Bovendien kunnen verschillende ondersteuningsmodi worden geselec- teerd met de bedieningseenheid aan het stuur (e), de resterende capaciteit van de oplaadbare batterij wordt weergegeven en de verschillende functies van de fietscomputer, indien beschik- baar, kunnen geselecteerd worden (f).
Als het systeem is ingeschakeld, wordt het geactiveerd tijdens het trappen en is de rijassisten- tie beschikbaar. Sensoren meten uw trapbewegingen en sturen de volledig geautomatiseerde aandrijfondersteuning aan op basis van de geselecteerde ondersteuningsmodus. Het niveau van de extra aandrijving hangt af van de ondersteuningsmodus, uw snelheid en de hoeveel- heid kracht die op de pedalen wordt uitgeoefend.
De ondersteuning wordt uitgeschakeld wanneer u een snelheid van meer dan 25 km/u bereikt.
Houd er rekening mee dat u misschien uw rijgewoonten moet veranderen: Stap niet op door één voet op het pedaal te zetten en te proberen het andere been over het zadel te gooien. De URBAN JUNGLE-pedelec zal dan plots vertrekken. Risico op vallen!
Stop eerder met trappen dan u gewend bent, voordat u een bocht neemt. Anders kan er te veel aandrijving zijn en zal uw snelheid in de bocht te hoog zijn. Verminder de pedaalkracht opzettelijk, voordat u gaat schakelen.
d
e
f
| 102 | ORIGINELE GEBRUIKSAANWIJZING